donderdag 29 maart 2018

Dichtersbankje | De Omsmeders

 Foto:© Hans Mellendijk | Kasteellaan | Landgoed Enghuizen | Hummelo

Groei en verval | Enghuizer Dialogen IX


Mateloos 

staat van zijn schikt in ons model

begin en eind van flutklein stukje

tussen jachtvelden met lente bloei en herfst
als opmaat van en naar het eeuwige

 |
 Henk Beunk 



Teloorgang

Water rilt van rit. Aan de randen ervan
sterrenschot. Handen betasten bomen
met in hun basten letters om harten
gesneden. Bevraag de hemel later maar.


Bert Bevers



Groei en verval

Groei is ontwikkeling van cellen, en complexiteit
van celstrekking, -deling en -differentiatie.
Verval; verminderen en afnemen van kracht en kwaliteit.
De som der massa van nieuwe deeltjes is dan altijd, degradatie.

            Anna Wiersma



VII

ik verander, elke zeven jaar
ben ik een ander, ben ik dichter
bij de aard van mijn bestaan, ik blijf
groeien door voortdurend te vergaan

Helma Snelooper



Tabula rasa

We vieren de geboorte en springen
naar een zomers hoogtepunt en zingen
daarna met knikkende knieën dat
het sneeuwen mag naar onbeschreven blad.

Hans Mellendijk


Krengtor

het elegant bewegende ree groeide op, maar
stierf in de houtwal en stonk verschrikkelijk
zijn skelet werd blinkend schoon gekloven door
de kever Nicrophorus vespilloides, ofwel de doodgraver.
        
Louis Radstaak

  


 Kringloop


Hier ligt het beloofde groene land, het jonge gras
een bloem in knop of volle bloei die ogen streelt
en al aanwezig was in stoppelveld waar kraaien
pikten in smalle voren vruchtbare zwarte grond.

Margót Veldhuizen


  

het avondt: de vlammen doven, een laatste oogopslag van het bos
roeken vallen kakafonisch in de donkere kruinen
ik wacht de nieuwe dag; zijn oog lacht in de morgen
zijn kleed is groen en geel, zijn gouden ranken hangen los

Herman Pelgrom





Intieme kiem, verborgen in baarmoeder aarde.
Oersprong, oorsprong, eisprong in het diepe.
Groeilust gewekt, vreugde gekust, zorgen gebaard.
Ontstaan en vergaan op wondere gronden.

Ankh Gussinklo


De Parkman en de Dood

Van middag vloog de zakdoek nog kriskras
die nu als buut genageld aan mijn gras
gelegen is: een vrijplaats om te spelen
klinkt in tot een versteende plek alras.

Pieter Bas Kempe



Zaaier

De droom ontkleedt zich tot naakte waarheid.
Haar kale takken omarmen mij.
Niet over de dood fluistert zij.
Ze zingt over zaad dat sterft tot leven.

Jan Opdam